PUR

Polyurethaan vloerisolatie

De werking van dit systeem berust op de volledige afdichting van de totale vloerconstructie. Het betreft een CFK-vrij schuim dat tegen de onderzijde van de begane grondvloeren wordt gesprayd. Het systeem wordt in situ aangebracht en zorgt voor een volledige isolatie en afdichting van de vloerconstructie. Het PUR-schuim hardt uit tot een homogene, volledig afdichtende, mechanisch sterke laag met een hoge isolatiewaarde.

Productvoordelen:

– Hoge blijvende luchtdichtheid.
– Besparing op stookkosten = polyurethaan vloerisolatie beperkt niet alleen het energieverlies door de vloer maar verhindert ook dat eventueel vochtige lucht van uit de kruipruimte door de vloer in de woning komt.
– Onderhoudsvrij = geen risico voor vormverandering van het isolatiemateriaal.
– Geen tochtproblemen = alle naden en kieren worden naadloos gedicht.
– Goede garantieregeling = 10 jaar conform garantiebepaling Isotechniek.
– Dampremmend = het dampremmend karakter van het isolatie materiaal zorgt dat de vloercontructie droog blijft.
– Geeft een verhoogd wooncomfort = de temperatuur van de vloer gaat voelbaar omhoog.
– De relatieve vochtigheid in de woonruimten daalt = minder kans op schimmels.

Isotechniek beschikt over een KOMO-certificaat (nr. PCC 0276-96) en verricht de werkzaamheden conform de eisen en verwerkingsrichtlijnen van BRL 1332-02 (d.d. 23-02-1993).

Systeemopbouw:

Het vloerafdichtingssysteem bestaat uit het visueel opsporen van alle potentiële luchtlekken eventueel aangevuld door een rookproef. De lekken worden vervolgens stuk voor stuk afgedicht. De werkzaamheden dienen in ieder geval aan de onderzijde van de vloer uitgevoerd te worden, aangezien een aantal belangrijke luchtlekken aan de bovenzijde van de bagenegrondvloer vaak niet bereikbaar en niet zichtbaar zijn. Bij het lokaal afdichten moet men ter plaatse beoordelen wat een potentieel luchtlek is en wat niet. Op grond van de ervaring in een groot aantal situaties zijn als belangrijkste potentiële luchtlekken te noemen:

  1. Alle leidingdoorvoeren en mantelbuizen.
  2. Alle verbindingen ter plaatse van buitengevels (b.v. openingen rondom ventilatiekokers en de naad tussen de vloerconstructie en fundering).
  3. Alle niet of niet goed opgevulde sparingen.
  4. Alle plaatsen waar de vloerconstructie belangrijke afwijkingen vertoont ten opzichte van de normale toestand (b.v. een half afgebroken vulelement in geval van een combinatievloer waaronder de cementdekvloer niet meer voldoende wordt ondersteund.
  5. Kruipluiken.

Materiaal:

(H)CFK vrij twee componenten hardschuim in situ aangebracht.